Begin juli 2014 waren Pierre en zijn vrouw Thérèse in Séclin (Noord-Frankrijk). Een goed moment voor Fredric en Pierre om bij te praten. Naar aanleiding van het geplande projectbezoek in oktober 2014 hebben kinderen van Jos en Fredric vragen meegegeven voor Pierre.

1. Kom je uit Burkina Faso?
Ja, ik kom uit Burkina Faso dat betekent land van de integere mensen.

2. Hoe vaak kom je op bezoek in Frankrijk en in Nederland?
Sinds 1986 ben ik elk jaar op bezoek in Frankrijk geweest, en twee keer in Nederland.

3. Wat doe je in Burkina Faso?
Ik werk aan de landbouw, ik heb voor de Verenigde Naties gewerkt, ik werk aan de projecten voor het Comité Maastricht-Niou en ik ben burgemeester van Méguet.

4. Hoe ben je in aanraking gekomen met het Comité Maastricht-Niou.
Ik heb het Comité leren kennen via pater Walter Oyaert: die pastoor was in Méguet. En via Loek Masthof, een vriend van Walter Oyaert, die de kerk in Méguet gebouwd heeft. Via hen heb ik Fredric leren kennen en zijn we samen naar Sabtenga gegaan om een project te bespreken. Zo is de samenwerking met het Comité begonnen.

5. Hoe is de samenwerking met het Comité?
Ik ben heel blij met het vertrouwen en de vrijheid die ik krijg van het Comité. De projecten van dit Comité zijn een voorbeeld, niet alleen voor Méguet maar ook voor Burkina Faso en West-Afrika. Ik wou dat er meer comités waren die zo werken.

6. Komt je naam uit Burkina Faso?
Mijn traditionele naam is Raogo, Pierre is mijn doopnaam. Kaboré is mijn familienaam en iedereen in Burkina Faso noemt me Pierre.

7. Hebben jullie huisdieren in Burkina Faso?
Net zoals hier hebben wij ook huisdieren zoals kippen, honden, katten, geiten, paarden en ezels.

8. In Nederland heeft bijna iedereen een auto. Hoe vervoert men zich in Burkina Faso?
Iedereen gaat hier met de fiets of te voet. In heel Méguet, met 34.000 inwoners, zijn er vier auto’s en sommige mensen hebben een brommer.

9. Zijn er grote verschillen tussen huizen of de manier van wonen in Nederland en in Burkina Faso?
Er is een heel groot verschil. Wij hebben pas sinds 2 jaar elektriciteit in Méguet maar nog niet iedereen heeft toegang. Voor water moeten de mensen 500 of soms wel eens 1000 meter lopen. Er zijn maar twee mensen in Méguet die internet hebben. Om te koken moet er hout gehaald worden. WC’s zijn er nog niet, men doet dat in een gat in de grond. Er wonen vier tot vijf mensen in een huis, in een huizengroep kunnen wel 20 tot 30 mensen wonen, meestal is dat familie. Het merendeel van de mensen in Méguet is Christen, dan heeft de man één vrouw. Er wonen ook moslims, bij dat geloof kan een man zeven tot acht vrouwen hebben. Ik ben katholiek en heb één vrouw, haar naam is Thérèse. Het is moeilijk om het verschil uit te leggen omdat er zo’n groot verschil is, jullie zullen het zelf wel zien als jullie hiernaartoe komen.

10. Gaan alle kinderen naar school in Burkina Faso?
Niet alle kinderen gaan naar school, maar tegenwoordig wel zo’n 90% nu er in alle dorpen van mijn gemeente scholen zijn gebouwd. De kinderen kunnen naar school vanaf zeven jaar. Er zijn 25 basisscholen en maar drie middelbare scholen in Méguet, daar is dus niet voor iedereen plaats.

11. Spreken jullie ook nog andere talen dan Frans?
We hebben onze eigen moedertalen zoals Moré, Peul en vele andere. De kinderen leren op school Frans, geen Engels, voor de rest hebben ze ongeveer dezelfde
vakken als in Nederland. Op school zijn er natuurlijk geen computers. Op school krijgen de kinderen een middagmaaltijd bestaande uit rijst, couscous of bonen. Sommige kinderen moeten elke dag twee kilometer naar school lopen en dus ook twee kilometer terug.

Groetjes, Isabel en Juul