Onderstaande artikelen zijn geschreven door kinderen van de Comité leden Jos de Bruijn en Fredric Petit.
In mei 2016 reisden zij af naar Burkina Faso: Juul (15), Lien (14) en Teun (11) Petit met hun ouders Siska en Fredric en Isabel de Bruijn (16) met haar moeder Sigrid.

Ons vertrek naar Burkina Faso
Het was 5.00 uur ’s ochtends en onze wekker ging af, tijd voor vertrek. De laatste dingen werden ingepakt en we sprongen in de auto. Na een uur rijden kwamen we in de file van auto’s op weg naar het vliegveld in Brussel. De ‘echte’ vertrekhal was natuurlijk nog gesloten vanwege de aanslagen een tijdje ervoor, dus moesten wij via een omweg naar binnen. Na heel lang wachten en heel veel sjouwen kwamen we toch uiteindelijk bij ons vliegtuig.
Al snel mochten we instappen. In het vliegtuig kon je heel goed het verschil zien tussen het groen begroeide Europa en daarna, na het oversteken van de Middellandse Zee, het dorre, kale landschap van Afrika. We waren aangekomen. In het vliegtuig was het best fris, dus toen we uit het vliegtuig stapten liepen we tegen een muur van warmte, want 40 graden is nu eenmaal niet niks. We waren allemaal heel nieuwsgierig en erg vrolijk, we wilden weten hoe Burkina Faso was en wat we er allemaal zouden gaan zien!

Door: Juul Petit

Bezoek opleidingscentrum

In het dorp Kakim werden we bij het Centre de Formation André Rieu verwelkomd met een feest. Er waren toespraken en een mooie traditionele dans door mannelijke dansers. Ook zij hadden het warm, als de muziek stopte gingen ze snel met hun blote voeten in de schaduw staan. We hebben ook gedanst met de vrouwen. Je moest met de heupen tegen elkaar botsen. De vrouwen hadden de kleine kinderen gewoon op de rug gebonden. Het was leuk om te doen. Ze hadden een maaltijd met rijst en kip gemaakt.

Door: Isabel de Bruijn

 

Kinderen vragen aan Pierre
Teun heeft in januari 2016 een spreekbeurt gehouden voor groep 7 van basisschool St. Pieter. Hij heeft zijn klasgenoten gevraagd welke vragen hij kon onderzoeken tijdens zijn reis in de meivakantie.

Heeft Pierre Kaboré elektriciteit? En hoe komen ze daar aan kleren?

Ja, hij heeft elektriciteit. Een deel komt van het elektriciteitsnetwerk, maar er zijn vaak storingen. Toen wij bij Pierre logeerden, ging ’s avonds ineens het licht uit. Pierre kan dan overschakelen op een noodgenerator maar de meeste mensen hebben dat niet.
De mensen in Burkina kopen hun kleren gewoon op de markt. Eigenlijk net als wij doen, maar er zijn geen mooie kledingwinkels, enkel marktkraampjes.

Naar hoeveel scholen ben je geweest en hoe was het op deze scholen?

We hebben veel scholen gezien en één bezocht, een kleuterschool in Méguet. Ze leren al lezen en schrijven maar zitten gewoon op de grond in plaats van op stoelen of banken. Er waren nog niet veel kleuters in deze school omdat hij net gestart is.

Hoeveel kinderen zitten er op school en hoeveel kinderen zitten er in een klas?

Dat hangt van het dorp af waar de school staat. Of er veel kinderen zijn en of deze kinderen allemaal naar school gaan. In Méguet, het dorp waar Pierre woont, gaan de meeste kinderen naar school. Er zijn scholen met 3 klassen waar alle 6 de schooljaren samen inzitten, in klassen van meer dan 40 kinderen.

Moet je betalen om naar school te gaan?

Tot 16 jaar is de school eigenlijk gratis, er is alleen een ouderbijdrage die voor de meeste ouders wel te betalen is. Na 16 jaar wordt het duurder en veel kinderen moeten dan ook stoppen met school.

Welke vakken krijgen kinderen op school?

Ze krijgen ongeveer dezelfde vakken als wij. Het onderwijs is in het Frans, maar als ze dat kunnen mogen ze ook hun eigen taal (het Moré) leren lezen en schrijven. De kinderen van Pierre kregen hele moeilijke wiskunde en Engels opgaven als huiswerk mee. Om huiswerk te maken heb je licht nodig. We zagen op een plein in Méguet een schoolbank en schoolbord aan een muur onder een lantaarnpaal. Zo kunnen kinderen ook ’s avonds nog huiswerk maken bij het licht van de lantaarnpaal.

Wat eten en drinken ze?

In de ochtend eten ze de restjes van de vorige avond. In de avond eten ze ‘to’ (een soort rijstpap maar dan van maïs) met saus en kip. Ze eten niet veel en zeker geen voorafjes en toetjes.

Hoeveel meer kinderen komen naar school door groentetuinen?

Als ze op school eten krijgen, komen er meer kinderen naar school. Dat helpt om meer kinderen in de klas te krijgen, omdat het eten gratis is.

Waar spelen de kinderen mee?

Alles wat er is in de natuur, aarde, stokken en afval. Van afval kunnen ze hele mooie dingen maken. Maar ze gaan ook samen voetballen of tikkertje spelen. Dat hebben wij ook met ze gedaan.

Wat doen de kinderen naast school en werken op het land?

Spelen, net als wij. Ze hebben geen sportverenigingen of muziekles, maar gaan gewoon samen buitenspelen.

Zijn er wegen en hebben ze vervoermiddelen of lopen ze alleen maar?

De hoofdwegen zijn goed, maar de meeste wegen zijn van hard zand (lateriet). Veel mensen lopen, maar er zijn ook veel fietsen, brommertjes en auto’s. In het dorp van Pierre wonen 38.000 mensen en er zijn 10 auto’s, dus dat is niet zoveel.

Waar slapen ze op?

Op matjes, stro of als ze echt geluk hebben op een matras.

Hoe komen ze aan instrumenten?

Ze maken ze zelf of kopen ze van iemand die ze kan maken.

Hoe lang duurt het voor er weer genoeg bomen zijn en vruchtbare grond?

Dat hangt van de mensen zelf af. Pierre zegt: “Het duurt 1 dag om een boom om te hakken en het duurt 10 jaar voor de boom weer terug is”. Het gaat lang duren en vraagt erom dat er niet meer zoveel gekapt wordt.

Kunnen wij als school dit jaar iets voor de mensen doen?

Er is nog altijd veel te doen, misschien kunnen we samen een actie bedenken? Je helpt ons ook door ons te volgen op facebook.

Door: Teun Petit

 

Bijwonen katholieke mis
Op zondag was er de wekelijkse mis. Pierre’s oom zou worden herdacht en hij vroeg of we mee zouden gaan. Daar zeiden wij geen nee tegen, hoe meer we zouden zien hoe beter we Burkina Faso zouden leren kennen. En zo was het. Allereerst waren er super veel mensen, ongeveer 5 keer wat er bij ons in de kerk naar binnengaat op zondag. Het was dan ook zo dat de helft van de mensen buiten moest staan, onder afdakjes natuurlijk, anders verbrand je levend! Ten tweede was het vreemde dat de mensen die buiten zaten aan het eten waren terwijl de mis bezig was, en nee, het waren niet alleen hosties. Wij zaten ook buiten, maar zijn af en toe even binnen een kijkje gaan nemen. Binnen stond het helemaal vol met mensen, echt overal waar je keek. En iedereen, ook kinderen, luisterde vol aandacht naar wat er gezegd werd. Er werd gelachen, gedanst, gezongen en op sommige momenten stonden de mensen op en maakten een soort raar indianengeluid. Dit klonk alsof ze iets vierden, maar waar het echt voor was weten we niet. Aan het eind van de mis gingen we met Pierre naar zijn familie. De stoeltjes waar we tijdens de mis op gezeten hadden, moesten we weer mee naar huis nemen, ze waren immers van Pierre zelf. Ook niet iets dat in de Nederlandse kerk gebeurt! Het was een vreemde, maar geweldige ervaring die ik niet snel meer ga vergeten.

Door: Juul Petit

 

Mijn reis naar Burkina Faso
We hebben veel gezien en gedaan, maar het gezelligste van de hele reis vond ik het logeren bij Pierre. Op de binnenplaats bij zijn huis lopen allemaal dieren rond, kippen, geiten, ezels, honden en varkens. Als er niemand meer in de keuken is, proberen de dieren, maar vooral de varkens, nog wat restjes te eten uit de potten waarin gekookt is. De vrouw van Pierre wilde dat niet maar ik vond het wel grappig. Ze koken op houtvuur, in grote stenen potten. Meestal eten ze rijst of to (een stijve pap van maïs, gierst of rijst), met saus en kip, en ze hebben voor ons een keer frietjes gemaakt op het houtvuur (en die waren ook nog eens lekker!)
Toen we in de avond buiten zaten, zagen we kinderen onder een straatlantaarn hun huiswerk maken. Omdat ze thuis geen elektriciteit hebben en het snel donker wordt in Burkina, zoeken ze de straatverlichting op. Er staat een bankje onder en er hangt een schoolbord tegen de muur, zo kunnen ze toch huiswerk maken. Omdat het er zo warm is en er geen airco is, wilden we op het dak slapen. De eerste nacht lukte dat niet omdat het ging onweren. De tweede nacht sliepen we met zijn allen op het dak. We konden alle sterren zien van onder de klamboe. Ik ben in de nacht wakker geworden door een moskee, door een hond en opgestaan met het gekrijs van een haan.

Barka, Pierre en Thérèse, voor jullie gastvrijheid.
Groetjes aan Adelphe, Emmanuel, Scolestic en Eleonor.
Door: Teun Petit